Research

Migration

Reports and papers

Beschermingsopdracht Oekraïense ontheemden in Nederland

10 Jun 2024 - 16:11
Source: Oekraïense kinderen naar Nederlandse school / ANP
Hoe tijdelijk is tijdelijk?

De oorlog in Oekraïne gaat onverminderd door en de precaire situatie in Oekraïne is weer volop in het nieuws. Er is weinig zicht op een spoedige beëindiging van het conflict. 

De vorige rapportage van Clingendael van maart 2024 met de titel “Test uithoudingsvermogen op alle fronten” markeerde een periode van twee jaar tijdelijke bescherming van Oekraïense ontheemden in EU-lidstaten. Op 4 maart 2024 is de verlenging van de tijdelijke bescherming voor Oekraïense ontheemden in EU-lidstaten met nog een jaar ingegaan (op basis van een besluit van de Raad in oktober 2023).

In Nederland verblijven volgens de Kamerbrief Actuele Asielketen van 5 april 2024 bijna 114.000 ontheemden uit Oekraïne, die recht hebben op tijdelijke bescherming op basis van de richtlijn Tijdelijke Bescherming (RTB) (peildatum 10 maart 2024).

Een aanzienlijke meerderheid van de Nederlanders steunt nog steeds de opvang van Oekraïense ontheemden. Er is sprake van verminderde steun vergeleken met het jaar van de grootschalige Russische invasie in Oekraïne (62% volgens de Flitspeiling in mei 2024, in vergelijking met 82% in maart 2022), maar de steun is – zeker tegen de achtergrond van het verhitte asieldebat in Nederland – relatief groot. 

De beschermingsopdracht ten aanzien van Oekraïense ontheemden vindt in mei 2024 nog steeds plaats in een context van grote onzekerheid. Dat betreft de situatie in Oekraïne en het juridisch kader voor de bescherming van ontheemden op de middellange termijn. In militair opzicht is het vooruitzicht dat de oorlog nog jaren kan duren. Het voortdurende hevige conflict en de mobilisatie in Oekraïne stelt mannen in de dienstplichtige leeftijd voor moeilijke keuzes. De uitdagingen voor de wederopbouw zijn groot.

Over het juridische kader na 4 maart 2025 heerst nog onduidelijkheid. In eerste instantie moet hierover binnen de EU afstemming worden gezocht. Er ligt een aantal juridische scenario’s op tafel over voorzetting van verblijf of terugkeer. Deze zijn, met uitzondering van een besluit om Oekraïners een verblijfsvergunning te verlenen, vrijwel alle juridisch complex of blijven uitgaan van tijdelijkheid en dus onzekerheid. De daaraan ten grondslag liggende scenario’s met betrekking tot de veiligheidssituatie zijn ook onzeker. Duidelijk is wel dat het asielsysteem in Nederland niet is berekend op een toegang tot de asielprocedure van meer dan 100.000 Oekraïense ontheemden. Hetzelfde geldt ook voor andere Europese asielsystemen.

Nederland zet volgens de Kamerbrief van 5 april 2024 in op een “EU-gecoördineerde en geharmoniseerde aanpak voor het verblijf en, zodra aan de orde, de terugkeer van de Oekraïense ontheemden uit Oekraïne.” Nederland probeert zoveel mogelijk om verschillen tussen EU-lidstaten te beperken of voorkomen. Deze zouden namelijk kunnen leiden tot secundaire bewegingen van ontheemden binnen de EU en mogelijk naar Nederland. Onder Oekraïners die al langer buiten hun land verblijven is in toenemende mate sprake van een focus op het gastland en vestiging. Naarmate het conflict in Oekraïne langer duurt, neemt ook de worteling van langer in Nederland verblijvende Oekraïense ontheemden toe, zowel in economisch als sociaal opzicht. Ook in de wetgeving is een overgang naar een meer reguliere wettelijke basis voor gemeentelijke opvang te zien.

Tegelijkertijd wordt door een aantal Nederlandse politici de vraag geagendeerd of delen van Oekraïne veilig genoeg zijn voor terugkeer van een deel van de Oekraïense ontheemden. Ook geeft de Oekraïense overheid aan dat zij graag wil dat Oekraïense ontheemden terugkeren zodra dat realistisch gezien mogelijk is. Uit surveys onder Oekraïners in EU-lidstaten blijkt dat een groot deel van de Oekraïners nog steeds aangeeft te willen terugkeren, maar wel pas nadat de oorlog voorbij is, als de kwaliteit van leven er beter is en er goed betaald werk te vinden is. Verschillende rapporten en interviews laten echter ook zien dat de terugkeerintenties afnemen en minder concreet worden. 

Op langere termijn worden naast de zogenoemde ‘pushfactoren’ vanuit Oekraïne en overige EU-lidstaten, ook de ‘pull- of wortelingsfactoren’ voor vestiging in Nederland van groter belang. Daarom is er in dit rapport ook aandacht voor krachten die van invloed zijn op (duurzame) vestiging in Nederland. Zo is er een hoofdstuk over factoren van invloed op vertrek vanuit Oekraïne en mogelijkheden voor terugkeer naar Oekraïne (hoofdstuk 2); een hoofdstuk over factoren van invloed op doormigratie vanuit EU-lidstaten (hoofdstuk 3); en er is, ten opzichte van eerdere Clingendael-rapporten, een hoofdstuk toegevoegd over factoren van invloed op vestiging in Nederland (hoofdstuk 4). Het onderzoek op macroniveau naar factoren van invloed op (langdurige) vestiging in Nederland is voor dit rapport aangevuld door Regioplan op basis van 12 diepte-interviews en een panel met Oekraïense ontheemden in Nederland, om meer inzicht te verwerven in hoe ontheemden afwegingen maken rond vestiging- en terugkeerbeslissingen.

Lees het rapport